De federale geschiktheidsproeven worden in de vorm van drie modules georganiseerd:
1° module 1: de competentietest;
2° module 2 : de operationele handvaardigheidstest;
3° module 3 : de lichamelijke geschiktheidsproeven.
Na elke module ontvang je een bewijs van deelname met de vermelding of je geslaagd bent of niet geslaagd bent.
Ben je geslaagd voor competentietest van module 1 maar niet voor de operationele handvaardigheidstest van module 2, dan moet je enkel de operationele handvaardigheidstest van module 2 en de lichamelijke geschiktheidsproeven van module 3 nog afleggen.
Ben je geslaagd voor de competentietest van module 1 en de operationele handvaardigheidstest van module 2 maar niet voor de lichamelijke geschiktheidsproeven van module 3, dan moet je enkel de lichamelijke geschiktheidsproeven van module 3 nog afleggen.
Indien je beschikt over een secundair diploma, ben je vrijgesteld van de competentietest basiskader. In dat geval moet je dus niet voor de competentietest slagen.